Centraal in het verhaal staat het dagboek van de hoofdpersoon, waarin hij zijn leven, werk en de mensen om hem heen beschrijft. Hij schrijft dan over zijn gevoelens voor de vrouw, en kort daarna beginnen tekenen van waanzin te verschijnen - hij praat met haar hond Meji, hij krijgt de brieven die Meji aan een andere hond schreef. Een paar dagen later is hij al volledig losgemaakt van de realiteit...